De regels en het spel

De regels en het spel

Het spelelement kan van belang zijn bij de creatieve mens. Ook bij spirituele processen kan scheppingskracht in een spelvorm worden weergegeven. 

Juist nu, in de overgang naar het Watermantijdperk, wordt de aard van dat spel duidelijker. Spelen we het spel louter om te winnen van anderen, ten koste van anderen of kunnen we open kaart spelen en in alle oprechtheid en overgave het pad van binnenuit bewandelen? Is het wel nodig dat we tegenstellingen gebruiken om tot bewustzijn te komen, tot en met de tegenstellingen in oorlogstijd?

Belangrijke machthebbers geven aan dat we in het lagere trillingsveld van (grof)stoffelijkheid onze spelkeuze zouden dienen te benutten om volgens het gebruik van de regels van ‘negatieve polariteit’ tot een opgang in menselijke zin te komen. Zij roepen op het lijden en de smart als waan te doorzien en tegelijkertijd als noodzakelijkheid voor wereld en mensheid te aanvaarden. En hun spel – ondanks de onbarmhartige middelen – mee te spelen en hun regels te volgen.
Vanuit een edele motivatie evenwel lijkt het op basis van barmhartigheid, strijdloosheid en zachtmoedigheid wel degelijk mogelijk het spel van de geestelijke wereldse machthebbers te ontregelen en hun spel ‘ongeldig’ te verklaren. De inderdaad noodzakelijke creativiteit manifesteert zich dan in de herschepping van de microkosmos en de opgang in een hoger levensveld.

Het speelveld

Een belangrijk onderdeel van de weg die naar bevrijding leidt, is de zogenoemde microkosmische herschepping. Die is nodig omdat er in zekere zin sprake is van geschondenheid van de micros. Bij het voeren tot herschepping, ofwel het tot stand brengen van de zelfrealisatie, gelden wel zekere ‘omgevingsregels’. Het proces voltrekt zich namelijk niet zonder rekening te houden met regelmatigheden van de te bewandelen route. De zelfinwijding vereist bewustwording van elke stap die innerlijk wordt gezet. En er is sprake van een speelveld, waarbinnen de autonomie van het pad geldigheid heeft. Want het is beslist een mysterieuze en aanzienlijke opgave om te naderen tot de volheid van de geheelde mens, de herschapen entiteit die werkelijk uit de natuur van de geest leeft.
Het speelveld impliceert creativiteit van de mens: hij of zij wordt geacht scheppingskracht te uiten in een regeneratieproces. Het speelveld neemt de bewuste ziel op en stimuleert een johanneïsche liefdekracht tot openbaring. Dus niet de liefde die erop is gericht iemand anders te bezitten, te binden of zelfs dood te knuffelen.

Het speelveld is niet het terrein van een game, van de mogelijkheid een hoge ranking te verkrijgen en te bestendigen. Het speelveld is niet het niveau om te ontsnappen aan de ontstellende wereldwerkelijkheid, die ons als een steeds grotere benauwenis omringt. Als een escapist, zoals men tegenwoordig in games speelt, weet je dat je probeert te verdwijnen uit een werkelijkheid die als onleefbaar wordt beschouwd. Het speelveld dient ook niet als veiligheidsniveau voor de idealist om goedbedoelde, verheffende doelen onkwetsbaar te koesteren.

Het veld van de gnosticus

De elektromagnetische ruimte die de gnosticus als speelveld mag betreden op zijn zelfbevrijdende pelgrimage stelt regels van astrale ondergrenzen voor de ascentie van de kandidaat. Het verlangen om te winnen, om de ‘vijand’ te verslaan, om het ego te verheffen, om te gloriëren in de rust van een welvaartsvast pensioen, ze zijn allemaal buiten de orde van het gnostieke speelveld. Het veld dient om het bewustzijn de eigen oerkracht te laten mobiliseren tot de innerlijke eenheid van weleer, tot de onversplitste, eeuwiglevende geestziel. Dat kan tot in een hoger kosmisch gebied en de momentele verhoging van de vibratie van de aarde resoneert met die ziele-ontwikkeling van bevrijding.

Het speelveld met winst

Er zijn wel krachten die het ontwikkelingsspel anders interpreteren, die andere regels stellen, die zij als voorwaardelijk beschouwen voor de opdracht die zij in de Melkweg te vervullen hebben. Het spel dat deze in dit artikel te noemen luciferische geesten spelen, is dat van het succesvol zijn, van het winnen, waarbij zij de dialectiek als het ware uitbuiten. Een dialectisch piramidespel. Zij stellen: om te winnen moeten we zo negatief mogelijk gepolariseerd zijn in een dienstbaarheid aan onszelf tot in het extreme toe. Geweld, oorlog, haat, hebzucht, slavernij, genocide, marteling, morele degradatie, prostitutie, drugs, al deze dingen en meer dienen ons doel in het spel. In al deze negatieve dingen bieden ze ons gereedschap aan. Je hebt de vrije keuze hoe je ze wilt gebruiken. (Ontleend aan een uitgebreid interview uit 2008 met zogenoemde ‘Hidden Hand’ [1], een zelfbenoemde vertegenwoordiger van genoemde geesten).

Drie sporen

Ook zij geven aan dat de planeet zijn opgang naar de vierde dichtheid zal voltooien, waarbij een driedeling ontstaat: degenen met een positieve polariteit van liefde en licht zullen opstijgen naar een (prachtige) nieuwe aarde van de vierde dichtheid. De genoemde geesten zelf zullen op basis van de negatieve dienstbaarheid aan zelfpolariteit een aarde van de vierde dichtheid vormen waarin ze hun eigen deel van het negatieve karmische effect moeten wegwerken dat is ontstaan door alle negativiteit op deze planeet.  Zij bevinden zich in de top van de dialectische hiërarchie en bezitten een soort eeuwigheidsstatus,

niet in goddelijkheid en stralende glorie der Al-openbaring, doch in grote gebondenheid en mateloos lijden. [2]

Zij spelen een uiterst geraffineerd dialectisch piramidespel.

De meerderheid van de mensen op aarde evenwel zullen een periode ervaren van ‘nulpunttijd’. Ze kunnen beschouwd worden als ‘lauwen’. Weliswaar zullen ze zich een tijdlang één voelen met de Schepper, maar toch door de sluier van ‘vergetelheid’ gaan. Daarna zullen ze vervoerd worden naar een andere planeet van de derde dichtheid (een soort replica van de aarde) om aan zichzelf te blijven werken en te leren dat het leven in de derde dichtheid draait om het maken van keuzes.
Erkend wordt – ook door de dialectische hiërarchie – dat degenen die met een positieve polariteit kunnen evalueren naar liefde en mededogen als werkbasis, een ‘Gouden Eeuw’ binnengaan waarin hun zielen zich openen voor hun ware krachten als unieke, geïndividualiseerde aspecten van de ene oneindige Schepper.

Je vraagt je af waarom deze dialectische spelers op het kosmisch toneel volharden in hun koers op het tweede spoor van negatieve polarisatie, als er een christelijke weg is naar de positieve vierde dichtheid. Het verhardt deze wereld immers onnodig en het houdt de mythe in stand dat oorlog een noodzakelijk kwaad is voor mensen om bewustzijnservaring op te doen. Nu moeten verlichte geesten vaak kenbaar maken aan ‘goedwillenden’ dat oorlog in de wereld van mensen helemaal niet nodig is, waardoor ze als utopist of idealist kunnen worden weggezet. De redenen die de ‘luciferische geesten’ daarvoor aanvoeren, brengen ons terug naar de ‘incidenten’ die zich hebben afgespeeld in de grote werkelijkheid zoals deze ook in de gnostieke geschriften als het Evangelie van de Pistis Sophia worden beschreven en zoals deze ook in de hermetische wijsbegeerte doorklinken. In het navolgende wordt de benadering en een rechtvaardiging weergegeven van missie en handelwijze in genoemde dialectische hiërarchie.

In het begin

In het begin is er eenheid. Oneindige intelligentie en oneindige energie – de twee zijn één. Binnen hen is het potentieel voor de hele schepping. Oneindige intelligentie herkent zijn potentieel niet. Blijft als het ware  ‘onkenbaar’. Het is het ongedifferentieerde absolute. Deze staat van bewustzijn zou kunnen worden aangeduid als ‘zijn’. Oneindige energie daarentegen herkent het potentieel om alle dingen te ‘worden’, om elke gewenste ervaring tot stand te brengen. Oneindige intelligentie kan worden vergeleken met de centrale hartslag van het leven, en oneindige energie met het spirituele levensbloed dat uit de oneindige Schepper pompt om de schepping te vormen.

Door zijn oneindige intelligentie te concentreren, manifesteert de ene oneindige Schepper intelligente energie die je de Grote Centrale Zon zou kunnen noemen. Deze verdeelt zichzelf vervolgens in kleinere delen van zichzelf die op hun beurt zichzelf kunnen ervaren als scheppers (of centrale zonnen). Je zou kunnen zeggen dat elke centrale zon een stap terug is in bewust gewaarzijn (of vervorming) van de oorspronkelijke ‘gedachte’ van de schepping.

De schepping is gebaseerd op de ‘drie primaire vervormingen van de Oneindige’ te weten:

  1. Vrije wil
  2. Liefde
  3. Licht

Uit deze drie oorspronkelijke vervormingen van het Ene, die de schepping maken, ontstaan vele hiërarchieën, die elk hun eigen specifieke paradoxen bevatten. Wij zijn niet rechtstreeks gecreëerd door de ene oneindige Schepper. Het veld van de ene oneindige Schepper, van het koninkrijk van God, staat aldus buiten het peilloos scheppingsveld. De schepper van ons scheppingsveld is het resultaat van onze centrale zon, waar de Grote Centrale Zon eigenlijk buiten valt. Die schepper is derhalve niet God. Hij is volgens de genoemde geesten niet eens een Logos op galactisch niveau, maar eerder de planetaire logos voor deze ene planeet. De Pistis Sophia [3] spreekt van Yaldabaoth en de luciferische geesten noemen hem Jahweh, de oudtestamentische godheid. Deze schepper nu, had zijn schepping op twee van de drie ‘primaire vervormingen’ gericht, te weten liefde en licht – en zo het paradijs ingericht, waarbij hij de keuzevrijheid – de eerste vervorming – niet nodig vond. Ook niet toen de mens (man/vrouw) in het paradijs zijn/haar plaats had gekregen.

De vrije wil

Maar in de gang der dingen van de onwrikbare kosmologische ontwikkelingen is het nodig dat de mogelijkheid tot ‘afdaling’ in een grotere dichtheid, door vrije wil, door kennis van beide polariteiten plaatsvindt. En volgens de luciferische geesten vond de galactische Logos, ofwel de Raad van Ouderen, dat de mensheid door Jahweh (in de Pistis Sophia Yaldabaoth) de keuzevrijheid ten onrechte werd onthouden. Jahweh had zijn eigen vrije wil om ‘uzelf te kennen’ niet doorgegeven aan degenen die op ‘zijn’ planeet incarneerden. Bij afwezigheid van vrije wil kan er geen polariteit zijn en daarom niets om tussen te ‘kiezen’.

De Raad van Ouderen, de galactische Logos, gaf daarop de luciferische geesten de opdracht Jahweh te helpen door als katalysator van zijn schepping te gaan fungeren, iets waar Jahweh mee instemde, zodat deze wezens moesten ‘afdalen’ van een hogere dichtheid naar het niveau van het paradijs van eertijds. Daar aangekomen zou het concept van vrije wil geïntroduceerd worden bij de bewoners van de aarde door ze een eerste keuze te bieden. Of ze dat wel of niet wilden.

Experiment van de Boom van kennis

Toch wilde Jahweh de bewoners van de aarde meer aan zich binden dan hem na de menselijke keuzevrijheid nog zou resteren. Toen de leden van de dialectische hiërarchie waren afgedaald en de optie van vrije wil bij de mensen wilden implementeren, waakte Jahweh er dan ook voor dat zijn nakomelingen ervoor zouden kiezen hem toch loyaal te zijn en in die mate tevreden te zijn met hun manier van leven dat ze hem altijd zouden vertrouwen en dat ze zouden doen wat hij zei. Volgens hem (Jahweh) zou daarom de vrije wil bij mensen niet goed werken als katalysator en hij stemde alleen in met het experiment van de Boom der Kennis. Hij geloofde dat dat experiment – het menselijke bewustzijn openen voor de Boom der Kennis – hem gelijk zou geven. Toen dat niet gebeurde, werd hij boos en verwijderde de mens uit zijn ‘tuin’. En hij legde grote schuldgevoelens op hen neer over hoe ze zijn vertrouwen geschonden hadden en hem ongehoorzaam waren. Daarmee verschoof hij het harmonieuze evenwicht dat de Elohim als zevenvoudige werkzaamheid gehouden was te bewaren. Jahweh, als een der zeven Elohim, trok voor onze planeet onevenredige macht naar zich toe en werd dominant over de andere zes (volgens Rudolf Steiner).

Het oudtestamentisch speelveld

Daarmee werkte Jahweh polarisatie in de hand (oog om oog, tand om tand) onder de mensen die hij als het ware gevangen zette in een wettisch, oudtestamentisch speelveld. Hij wilde de regels van dat speelveld blijven bepalen. Coornhert [4] gaf reeds in de zestiende eeuw aan dat de Logos juist vrij moest blijven van een koppeling aan de oudtestamentische demiurg Jahweh. De luciferische geesten op hun beurt stonden pal voor de vrijheid van keuze die ze de mensen wilden laten delen teneinde de zoektocht en ervaringsreis in dit bijzondere universum te kunnen laten uitmonden in de herverbinding met de ene oneindige Schepper:

Wanneer je de goddelijke vonk van de oneindige Schepper in jezelf kunt zien en zelfs in degenen die je kwaad willen doen, zal de sterke greep van de illusie zijn macht over jou beginnen te verliezen.

Zo gaf een van de vertegenwoordigers van hen aan.

Inmiddels waren de leden aan de top van de hiërarchische dialectiek wel karmisch verbonden met het wezen van de katalisator die zij op gezag van de galactische logos of de Raad van Ouderen geïmplementeerd hadden in het menselijke aardeveld. Dat werkte voor hen zo uit, dat voor mensen en voor henzelf negatieve polariteit als werkhypothese pure noodzaak was geworden: zij konden en kunnen niet anders dan doorgaan met het concept dat oorlog, geweld en vernietiging nodig is voor ons mensen, maar vooral voor henzelf.

Zij  gaan uit van de veronderstelling dat, wanneer zij de gehele menselijke levensgolf kunnen optrekken tot hun staat van zijn, tot hun klatergouden glorie, zij zelve bevrijd zullen zijn van lijden en de mensheid verlost zal zijn. [5]

Zij fluisteren ons als het ware het volgende toe: we bieden je de katalisator van negativiteit. Het is aan jou wat je ermee doet. Onze vrije wil kan gebruik maken van deze negatieve polariteit doordat in ons wezen belangrijke aanknopingspunten bestaan, al dan niet in ons DNA verankerd, die ‘draconisch’ geactiveerd kunnen worden. Dan moeten we onze wil daarvoor aanwenden. In het interview wordt het als volgt verwoord:

De drastische omvang van de negativiteit die we creëren heeft meer met ons te maken dan met jou.

En ze projecteren die omvang als een noodzakelijk spel in de ontwikkeling naar een hoger bewustzijnsniveau.

Is oorlog de vader aller dingen?

En ze hebben de wind mee (gehad) van vele culturele inzichten. Denk aan Heracleitos die zei dat de oorlog de Vader aller dingen is; of aan Shiva, de god der noodzakelijke vernietiging; of aan de recentere uitspraak:

De oorlog is een element van de door God bepaalde wereldorde.

(graaf Von Moltke, begin twintigste eeuw)

en ook de natuur van Allah, die het aspect van oorlog en strijd mede in zich besloten houdt. In sommige tijden in de geschiedenis is zelfs sprake geweest van verheerlijking van de oorlog, waarbij de geestelijkheid door uitspraken van priesters en dominees hun steentjes hebben bijgedragen, soms om een dominante cultuur te vestigen door middel van geweld (bijvoorbeeld jezuïeten in Midden- en Zuid-Amerika) soms om een bestaande cultuur verdere Bildung te geven:

De oorlog is beslist noodzakelijk, omdat hij een opvoedingsmiddel is waarmee men de jeugd tot tucht en nationaal bewustzijn brengt…

(ds. Schumann, Leipzig)

Om de onmenselijkheid en de horreur van misdaden en dieptraumatische ervaringen die oorlog met zich meebrengt in een acceptabel daglicht te kunnen stellen, geven de luciferische geesten aan dat het nu eenmaal een onderdeel is van een spel dat gespeeld moet worden door de mensheid en dat het lijden op onze Planet of Sorrow niet echt blijvend is voor de zich tot een hogere bewustzijnsstaat ontwikkelende ziel. Pijn en lijden zijn daarbij slechts aspecten van het spel. Ze voelen extreem echt aan terwijl we het spel spelen en dat is nodig om je te laten geloven dat het spel echt is. Niemand gaat echt dood. Maar in plaats daarvan wordt het vormelijke stofjasje afgeworpen.
Deze dialectisch hiërarchische geesten zijn geen geestwezens in werkelijk spirituele zin, maar bezielde natuurwezens en feitelijk te beschouwen als bezielde materie zonder leiding van de Geest. Deze bezielde materie is

een noodlotsgang, een voortdurende doodssprong in het verderf, in lijden en verdriet, een onophoudelijk sterven en een onophoudelijk opnieuw geboren worden in steeds andere noodlotsstadia, een kettingreactie van de oersubstantie. [6]

Schepping en spel

Nu suggereert de opgave van ‘herschepping’ voor de gnosticus een creatief innerlijk proces: schepping is creatie. En creatie is – op basis van de ‘primaire vervorming van het Oneindige’, van de vrije wil – een essentieel vermogen voor de geestelijke mens. En waar creatie is, is ongetwijfeld spel in het geding. De Homo Ludens [7] of spelende mens, zoals voor de Tweede Wereldoorlog weergegeven door de schrijver Johan Huizinga [8], is een blijvend thema. In onze westerse literatuur zijn meerdere voorbeelden die via een spel tot een hoger bewustzijnsniveau trachten te komen, bijvoorbeeld de magistrale roman van Herman Hesse Het Kralenspel [9], waarbij hij de wortels van het spel bespeurt in Griekse (Pythagoras), gnostieke kringen. Het is duidelijk dat Hesse in die roman verwijst naar Johan Huizinga. Hesse:

De regels, de tekentaal en grammatica van het spel vormen een soort hoogontwikkelde geheimtaal, waarbij geput wordt uit verscheidene wetenschappen en kunsten, voornamelijk echter uit de wiskunde en de muziek, respectievelijk muziekwetenschap. Deze geheimtaal is in staat de inhouden en uitkomsten van nagenoeg alle wetenschappen en hun onderlinge relaties tot uitdrukking te brengen. Het Kralenspel is dus een spel met alle waarden en inhouden van onze cultuur, het speelt ermee, zoals bij wijze van spreken een schilder in de Gouden Eeuw van de kunsten wellicht heeft gespeeld met de kleuren van zijn palet.

Een edele motivatie

Onze cultuur loopt evenwel ten einde, sterker nog: van de waarden waar Hesse het over heeft, is weinig meer over. Het spel dat wij nu spelen is meer als Risk, het succesvolle bordspel, waarbij oorlogsvoering en opwinding tot intense astrale bewogenheid kan leiden en waarbij er voor sommigen zelfs sprake kan zijn van een zekere verslaving. Ook als we in dat spel de kaart ‘vernietig de vijandelijke legers’ eruit halen omdat we onszelf te beschaafd voor die opdracht achten. Ernst Jünger beschreef die opwinding van oorlogsbeleven als

een  gewelddadige roes, een roes die alle roezen te buiten gaat, een ontketening die alle banden doet springen. [10]

Veel computergames hebben hetzelfde fascinerende en verslavende effect op de beoefenaren, waarbij we – uiteindelijk bij zinnen – weer weten dat het slechts spel is. De dialectische hiërarchie wil ons evenwel doen geloven dat het Spel kosmisch gesproken echt is en dat het noodzakelijk gevoerd moet worden vanuit een negatieve polarisatie, teneinde de progressie in de alontwikkeling mogelijk te maken en de ziel thuis te brengen. Zij houden ons voor:

 Onthoud steeds dat het een prachtig spel is dat wij hier spelen en co-creëren met onze Oneindige Schepper.

(Zie bijvoorbeeld de hedendaagse roman Time Bender [11] van Tijn Touber, hoofdstuk 8, dat mede aan het interview is ontleend).

Maar reeds Nietzsche doorzag dat pleidooi voor een ‘heilige’ oorlog toen hij zei :

Krijg zult gij voeren ín uzelve.

Bewaar het oorlogvoeren voor uw innerlijke strijd. En Lao Zi stelt dat wie zichzelf overwint, sterker is dan wie een stad inneemt. In het daoïsme en in het boeddhisme vinden we de edele motivatie terug om wat wereld en mensheid betreft niet in de val te lopen van de noodzaak van een negatieve polarisatie als het uiterlijke oorlogsvoeren. Die noodzaak is een kosmische verblinding van afgeweken entiteiten die de macht in de wereld momenteel bepalen, heel misschien zelfs ‘goedbedoeld’, maar altijd om de eigen positie te handhaven en eigen karma ermee trachten op te lossen.

De koninklijke weg

De koninklijke weg naar de ene oneindige Schepper – niet van deze wereld, maar met een anker in ons diepste zelf – is die van strijdloosheid en zachtmoedigheid. Met de drie ‘primaire vervormingen van de oneindige’, te weten vrije wil, liefde en licht, als een wenkend speelveld dat overeenkomt met eenheid, vrijheid en liefde. Op dat speelveld gelden ‘regels’ als koninklijk gedrag, onbaatzuchtigheid, spontaniteit, openhartigheid, empathie, gewetensvolheid, integriteit als vanzelfsprekend en kosten dan ook geen moeite.
In de Aquariustijd gaat oorlogszuchtigheid verdwijnen door de nieuwe (ether)kracht die wordt uitgegoten over wereld en mensheid. De zielen laten hun wil meetrillen met deze positieve energie. Een kracht die de hardste noot der volksovertuigingen zal gaan kraken:

Het is altijd zo geweest en het zal altijd zo blijven.

Het inzicht zal weer levend worden dat voor het samenleven op aarde helemaal geen oorlog tussen mensen nodig is.

 

Bronnen:

[1] Hidden Hand Interview, Microsoft Word – Document1 (wanttoknow.nl)

[2] J. van Rijckenborgh, Het Nieuwe Teken, Het mysterie van het bloed (II)

[3] The Pistis Sophia

[4] Jan Peter Burger, Coornhert, licht in Europa,

[5] J. van Rijckenborgh, Het Nieuwe Teken, Het mysterie van het bloed (II)

[6] J. van Rijckenborgh, Het Nieuwe Teken, Het mysterie van het bloed (II)

[7] J. Huizinga, Homo Ludens

[8] J. Huizinga, In de schaduwen van morgen

[9] Herman Hesse, Het Kralenspel

[10] Ernst Jünger, Stahlgewittern

[11] Tijn Touber, Time Bender

[12] De Apocryphon van Johannes, Het geheime boek van Johannes

[13] De Hypostasis van Archonten

[14] Hoe zijn wij bewoners van het zonnestelsel (Pentagram 2019, nr 3)

[15] Peter Toonen, Opgesloten in een piramide

Print Friendly, PDF & Email

Deel dit artikel

Artikel informatie

Datum: maart 2, 2024
Auteur: Frans Spakman (Netherlands)
Foto: Conscious Design on Unsplash

Featured image: