Over de vriendschap

Op het zonnige terras van een conferentieoord zit een jong meisje naast me, dat verdiept is in een boek van Khalil Gibran.

Over de vriendschap

Ik vraag haar, of ze zin heeft om mij een zin voor te lezen die ze zelf heel mooi vindt, en ze kiest spontaan de volgende zin:

Wie zijn vriend niet onvoorwaardelijk begrijpt, zal hem nooit begrijpen.

Ik vraag me nu af:

Kunnen we ooit een ander mens onvoorwaardelijk begrijpen, zelfs als hij ons na aan het hart ligt en we denken hem goed te kennen? Verbergen onze vrienden niet, zoals alle mensen, een ondoorgrondelijk geheim?

Over de vriendschap, haar voorwaarden en verwachtingen, haar verschillende variaties, is waarschijnlijk evenveel nagedacht en geschreven als over haar bloedverwant, de liefde.

Heb ik er echt mee ingestemd een artikel te schrijven over dit onderwerp?

De stoutmoedigheid van zo’n onderneming beangstigt me bijna!

Tegelijkertijd amuseert het toeval me: mijn jonge buurvrouw heeft me eraan herinnerd, dat deze taak er op wacht gerealiseerd te worden. Ik laat haar over aan haar eigen gedachtegang. In de leeskamer van het huis zoek ik op, wat Mikhail Naimy, een goede vriend van Khalil Gibran, in het boek Mirdad te zeggen heeft over vriendschap. De wijze Mirdad vermaant twee vrienden, die van wege een kwestie, volledig uit elkaar zijn gegaan:

Jullie hebben geen vrienden, zolang jullie een enkel mens als vijand beschouwen. Hoe kan een hart, waarin vijandschap woont, een veilige plaats zijn voor de vriendschap?

Heeft niet ieder van ons teleurstellingen en vervreemding meegemaakt, het einde van een vriendschappelijke verbinding. Met een beetje geluk en een beetje strijd is het ons gelukt hieruit het inzicht te laten groeien, dat dat, wat opgehouden is, in waarheid het vasthouden aan een bepaalde vorm van betrokkenheid is geweest, niet echter het verbonden zijn met het grote Een-Zijn van alle dingen! Vroeg of laat kunnen we zover komen, een geliefd persoon, die uit ons gezichtsveld verdwijnt, in stilte te zegenen en hem in vrede zijn weg te laten gaan.

Wordt de waarde van een ontmoeting afgemeten aan de duur ervan?

Betekent erbij horen, dat iets of iemand aan ons toebehoort?

Of wordt het in de loop van ons leven steeds belangrijker voor ons, in plaats van een vriend te hebben, een vriend te zijn? We kunnen hier tegen over, als een rijp en realistisch persoon, met veel ervaring, iemand die veel heeft meegemaakt, sceptisch staan. De filosoof Arthur Schopenhauer zegt, die in zijn parabel over de stekelvarkens een somber beeld schetst van de menselijke behoefte aan nabijheid, in zijn aforisme met betrekking tot levenswijsheid, over vriendschap het volgende:

Ware, echte vriendschap veronderstelt een sterke, zuiver objectieve en volledige belangenloosheid (in de zin van: onbaatzuchtigheid; (noot van de schrijver). Deelname aan het wel en wee van de ander (…).

Het menselijk egoïsme is zo tegengesteld aan dat wat ware vriendschap is, zoals de kolossale zeeslangen, waarvan we niet weten of ze tot het rijk der fabels behoren of dat ze toch ergens bestaan.

Is vriendschap dan een wishful thinking, uiteindelijk gewoon een illusie?

Een vorm van (zelf)bedrog waar zonder de koude, grauwe wereld gewoon onverdraaglijk zou zijn?

En die wel schipbreuk moet lijden op de klippen van de harde realiteit?

Iemand waarmee we bevriend zijn onvoorwaardelijk begrijpen, is voor de ons snel veroordelende geest van onze ik-persoonlijkheid niet mogelijk. Een open en liefdevol hart, dat het licht van de universele Christus-straling toelaat, is hiertoe absoluut wel toe in staat. Want wat ons altijd verbindt, is de gemeenschappelijke essentie van de oerbron.

Met stelligheid kan worden aangenomen, dat we de kunst van vriendschap kunnen verbeteren. Door zorgvuldig met onze medemensen om te gaan, door te leren luisteren, door de vaardigheid van ons empathisch vermogen te ontwikkelen, door de feeling voor de energetische wetten van het je naar elkaar richten, te ontwikkelen. Om maar een paar heilzame onderdelen van onze vriendschappelijke omgang met anderen te noemen.

Het is duidelijk, dat we slechts in die mate een goede vriend kunnen worden, door geleerd te hebben, een goede vriend voor ons zelf te zijn. Reeds lang voor het inzicht in de moderne psychologie er was, wees Aristoteles er op dat de gevoelens, die we voor onze vrienden hebben, weerspiegeld worden in de gevoelens die we voor ons zelf hebben.

Naast wederzijdse sympathie en de harmonie van de opvattingen en interesses denk ik dat nog een ingrediënt voor het bloeien van ware vriendschap van groot belang is:  een wederzijds “erkenning” van  elkaar in het diepste innerlijk van de ziel, het visioen  van een weg naar de ware bestemming van het menszijn, de absolute bereidheid elkaar te vertrouwen en elkaars betrouwbare medereizigers te zijn.

Het uit de Keltische cultuur stammende begrip Anam Cara, wat zoiets betekent als “zielsverwantschap”, klinkt bovendien de betekenissen van kameraad, spirituele leraar en medebroeder(-zuster) door.

De poging het geestelijke ideaal alleen op het aardse niveau te verwezenlijken, leidt zonder meer tot onwaarachtigheid en teleurstelling.

In Plato’s feestmaal wordt gesproken over mensen als oorspronkelijke dubbele wezens, die door de goden in tweeën werden gedeeld en sindsdien zonder ophouden op zoek zijn naar de door hen verloren wederhelft. Gedreven door dit oerverlangen gedurende vele levens op aarde, met steeds weer de hoop, de een of andere mens als zijn  “zielenmaatje” te vinden, die ons eindelijk alles zal geven, wat we misten, is echter een tragische vergissing, die ons ervan weerhoudt in te zien, dat dit andere wezen, de zielenkern is, die alleen gevonden kan worden in de oorspronkelijke goddelijke orde waarvan we afgescheiden zijn.

En er is niemand op deze wereld, ook onze beste vriend niet, ook niet onze liefste vriendin, die aan onze verlangens kan voldoen. Als we dit eenmaal echt hebben begrepen, zijn we bevrijd uit de ketenen van valse verwachtingen. En we laten anderen vrij. Nog een keer Khalil Gibran:

Laat ruimte vrij tussen elkaar. En laat de hemelse winden tussen jullie dansen.

Dan houden de rollenspelen op, die we ons zelf en onze beste vrienden op het lijf hebben geschreven.

We kunnen ons richten om elkaar echte scheppende en lichtgevende opgaven te geven.

Op ons spirituele pad, dat niet altijd zonder gevaar en gemakkelijk kan zijn, kunnen we elkaar onschatbaar waardevolle hulp bieden: ondersteuning, hulp in tijden van nood, troost, bemoediging, al naar gelang wat we in onze situatie nodig hebben. Dit mag in tijden van wederzijdse spiegeling van ongewenste waarheden zijn (zijn we niet steeds een spiegel voor elkaar?) Maar ook gewoon liefde, die de zwakheden en minder verlichte kanten van de bevriende persoon accepteert. Het vermogen om ook de duistere of zelfs angstaanjagende trajecten met de ander mee te kunnen lopen.

Ik denk in deze samenhang aan de kleine, voor het oog zo onbelangrijke Frodo uit Tolkiens Lord  of the Rings. Zonder de steun van zijn vrienden, en vooral de onverbrekelijke trouw van zijn vriend Sam, zou de dappere hobbit zijn aan het hem toebedeelde lot om de ring aan het vuur te offeren, niet tot een goed einde hebben kunnen brengen.

Af en toe ervaren we ons pad, onze levensopdracht, als eenzaam en moeilijk te dragen. Dan is de verleiding groot, afleiding en verstrooiing te zoeken, met alle gezelligheid, met ronduit verslavende activiteiten in de digitale sociale netwerken. Zonder de bewondering en bevestiging van anderen voelen we ons op zulke momenten onbelangrijk, leeg, alsof je dood bent. Vriendschap kan een verslaving worden, waarmee we hopen te ontsnappen aan  de eenzaamheid of de ongemakkelijke confrontaties met ons zelf.

Alleen voor diegenen die geleerd hebben om alleen te zijn met zichzelf, de stilte van het naar binnen gekeerd zijn hebben leren liefhebben als  het aanwezig zijn van een liefdevolle vriend, zou ik misschien spontaan de derde strofe van een lied van Hermann Hesse kiezen:

Elke dag zou ons nieuwe vrienden,

nieuwe broeders moeten laten zien,

totdat ik zonder pijn met alle kracht

de sterren tot gast en vriend mag prijzen

voor alle sterren gast en vriend mag zijn.

 

Print Friendly, PDF & Email

Deel dit artikel

Artikel informatie

Datum: juni 30, 2023
Auteur: Isabel Lehnen (Germany)
Foto: by Dim Hou on Pixabay CCO

Featured image: