Naar deel 1
In de interviewfilm [1] geven mensen uit haar omgeving, zelf kunstenaar en dus fijnbesnaard, enkele van hun impressies van Jacqueline als mens en muzikant. Het beeld dat uit al die puzzelstukjes naar voren komt, is vreemd ontroerend in zijn diepe menselijkheid, zijn schoonheid, eerder dan in de tragiek van het leven van J. De bedoeling van dit artikel is die ontroering te delen met de lezer. Ontroering door getuigenissen van mensen die een tijd lang in de omgeving van een grote ziel mochten musiceren, leven, zijn. Wij weten niet of nauwelijks wat er in het hoofd van Jacqueline omgaat. We mogen enkel de reflectie zien van haar doen en zijn op de mensen om haar heen. Dat is ook de opdracht van de nieuwe ziel: door te doen en te zijn het licht van de gnosis reflecteren op de mensen om ons heen. Omdat zij celliste is, wordt het beeld complexer: haar wezen, haar ziel weerklinkt door de scheppingen op haar instrument. De persoonlijkheid van de kunstenares is daarbij zelf ook instrumenteel. Er wordt expliciet gesproken over haar verbinding met boven, over haar aanwezig zijn in hier en nu, over haar scheppen of heruitvinden van een ooit geschreven muziekstuk hier en nu. Inspiratie vindt plaats in haar ziel, wordt door de persoonlijkheid vertaald in de cello en treedt naar buiten als de klanken van haar vertolking en als de sfeer van haar aanwezigheid. In al die elementen kunnen wij onze opdracht als zielemens herkennen. De feiten van haar leven, haar biografie, zijn daarbij slechts het decor, de setting.
Biografie: enkele elementen
Jacqueline du Pré (Oxford, 26 januari 1945 – Londen, 19 oktober 1987) was een Britse klassieke celliste.
In 1960 nam ze deel aan de masterclasses van Pablo Casals in Zermatt. In 1962 volgde ze enkele korte cursussen bij Paul Tortelier in Parijs. In 1966 had ze een aantal maanden les van Mstislav Rostropovitsj in Rusland.
Als 16-jarige gaf Jacqueline haar eerste concert in de Wigmore Hall in Londen. Een jaar later speelde ze het celloconcert van Edward Elgar in de Royal Festival Hall met het BBC Symphony Orchestra onder leiding van Rudolf Schwarz.
In december 1966 ontmoette Jacqueline de pianist, later ook dirigent, Daniel Barenboim. Ze ging voor hem over van de anglicaanse kerk tot het jodendom. Op 15 juni 1967 trouwden ze bij de Westmuur in Jeruzalem.
In 1971 begon Du Pré het gevoel in haar vingers en andere delen van haar lichaam te verliezen. Ze nam haar laatste studio-lp van sonates van Chopin en Franck op in december van dat jaar. De laatste concerten in Londen gaf ze in februari 1973 met het concert van Elgar met het New Philharmonia Orchestra onder leiding van Zubin Mehta. In oktober 1973, ze was toen 28 jaar, werd vastgesteld dat ze leed aan de ongeneeslijke aandoening multiple sclerose.
Op 19 oktober 1987 overleed Jacqueline du Pré aan een acute longontsteking, 42 jaar oud. Zij ligt begraven op de joodse begraafplaats van Golders Green.
Bronnen:
[1] Who was Jacqueline du Pré? | by AllegroFilms – YouTube , directed by Christopher Nupen for Allegro Films
Jacqueline du Pré: previously unpublished intimate interview – YouTube , Allegro Films.